Groenten en fruit spelen de hoofdrol in een gezond voedingspatroon. De meeste mensen weten dit, desondanks krijgt meer dan de helft van de Nederlanders er te weinig van binnen. Jarenlang was de stelregel ‘twee ons groenten en twee stuks fruit’ maar in 2016 heeft het voedingscentrum dit advies bijgesteld naar boven. 250 gram groenten en 2 porties fruit is nu de norm. Groenten en fruit zijn hierbij niet inwisselbaar omdat ze elk andere unieke eigenschappen hebben.
Een fruitafdeling biedt voor elk wat wils; grote en kleine peren, zachte aardbeien, bittere grapefruits, harde appels, frisse mandarijntjes, exotische ananassen en nog veel meer. Maar niet ieder fruit heeft hetzelfde formaat, wat is dan een portie? Ik geef je enkele voorbeelden:
- Een kleine appel, peer of banaan
- Een sinaasappel, grapefruit, perzik, nectarine of mango
- Tien druiven
- 100 gram aardbeien, bessen, frambozen of ander klein fruit
- Twee mandarijnen, pruimen, kiwi’s, abrikozen of vijgen
- Een schijf verse ananas
- Twee handjes kersen
- Een achtste meloen
Wanneer je (op advies van je arts of diëtist) rekening moet houden met je koolhydraatinname, dan gelden andere regels. De ene fruitsoort bevat nu eenmaal meer koolhydraten en snelle suikers dan de andere.